14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | WDB 2002-454 M
Naar aanleiding van de behandeling van het wetsvoorstel, dat het mogelijk moet maken om een collectieve uitspraak te doen op massaal ingediende bezwaarschriften, heeft de staatssecretaris van Financiën een wijziging daarvan voorgesteld. Het betreft de termijn van afdoening indien er meerdere zaken over dezelfde rechtsvraag lopen. Deze termijn gaat in op het moment, dat de laatste uitspraak definitief is geworden.In de nota naar aanleiding van het verslag geeft de staatssecretaris antwoord op vragen uit de Kamer. Volgens de staatssecretaris is er geen sprake van aantasting van de rechtspositie van burgers door de invoering van het wetsvoorstel. Tegen de collectieve uitspraak is immers beroep mogelijk op de gebruikelijke wijze. De mogelijk lange termijn van behandeling door het afwachten van een uitspraak van de rechter brengt feitelijk geen verandering in de rechtspositie van burgers. In voorkomende gevallen wordt thans de uitspraak aangehouden tot in de lopende procedure waarbij aansluiting is gezocht uitspraak is gedaan. Een collectieve uitspraak is alleen mogelijk wanneer het gaat om rechtsvragen. In een daarop volgende procedure bij de rechter kan alleen die rechtsvraag aan de orde komen. De mogelijkheid om tijdens de bezwaarperiode andere geschilpunten toe te voegen ontbreekt. Wanneer in het bezwaarschrift andere zaken dan rechtsvragen aan de orde worden gesteld kan het bezwaarschrift niet onder massaal bezwaar worden gerangschikt.