14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN-nummer: AF2624 Zaaknr: 02/02157
Een ondernemer, die zijn bedrijf exploiteert in maatschapsvorm, draagt de onderneming over. De koopsom wordt gedeeltelijk betaald en voor een gedeelte renteloos schuldig gebleven. De afgesproken aflossingen worden niet tijdig gedaan, waarop de vordering ter incasso aan een deurwaarder wordt overgedragen. De ondernemer waardeert de resterende vordering in het jaar van overdracht af ten laste van de winst en stelt zich op het standpunt, dat de vordering tot het privé-vermogen behoort. Volgens Hof Amsterdam is de vordering ondernemingsvermogen gebleven, mede gelet op de gebrekkige gegoedheid van de debiteur. Dat betekent, dat het aandeel van de ondernemer in de aflossingen onder aftrek van zijn aandeel in de kosten als nagekomen baten tot zijn winst behoort.