Vraag- en antwoordbesluit arbeidsongeschiktheidsverzekeringen

14 mei 2007 | Ministerie van Financiën | besluit | CPP2004/477M

In een vraag- en antwoordbesluit geeft de staatssecretaris van Financiën een toelichting op de fiscale behandeling van arbeidsongeschiktheidsverzekeringen onder de wet IB 2001. 1. De premie voor een dergelijke verzekering is ook aftrekbaar als deze wordt geleend. De schuld valt in box 3, zodat de rente daarover niet aftrekbaar is.2. Tussentijdse beëindiging van de verzekering zonder uitkering door de verzekeraar heeft geen fiscale gevolgen.3. Tussentijdse beëindiging met uitkering leidt tot belastingheffing. De staatssecretaris keurt echter goed, dat alleen de uitkering wordt belast. Zonder deze goedkeuring zou belasting worden geheven over het totaalbedrag van de afgetrokken premies. Omdat de risicodekkingsperiode gedeeltelijk is verstreken ontbreekt een relatie met de in het verleden afgetrokken premies. Wanneer het een verzekering betreft met periodieke premies over niet meer dan een jaar geldt de uitkering door de verzekeraar als een premierestitutie. Er is dan geen revisierente verschuldigd.4. Als een arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt omgezet in een verzekering waarvan de premies niet aftrekbaar zijn heeft dit tot gevolg, dat tenminste het bedrag van de afgetrokken premies als negatieve uitgaven in aanmerking wordt genomen. Als de waarde van de aanspraak bij de omzetting hoger is dan de som van de afgetrokken premies is die waarde belast.