Waardering minderheidsbelang in BV

14 mei 2007 | Overig | jurisprudentie | LJNAZ2175, 05/5966

Voor de berekening van de hoogte van het successierecht moet worden uitgegaan van de waarde in het economische verkeer op het tijdstip van de verkrijging. De vraag in een procedure voor de rechtbank Haarlem was op welke wijze de waarde in het economische verkeer van een minderheidspakket aandelen moest worden vastgesteld. De erfgenamen kenden in hun berekening weinig gewicht toe aan de intrinsieke waarde van de aandelen en lieten de rendementswaarde het zwaarst wegen. De Belastingdienst meende dat de waarde op de intrinsieke waarde moest worden gesteld. De rechtbank stelde de waarde van de aandelen vast op het gemiddelde van de rendementswaarde en de intrinsieke waarde. Bepalend voor deze afwijkende berekening waren de omvang van het belang en de directiefunctie van een van de erfgenamen.