14 mei 2007 | Hoge Raad | jurisprudentie | LJN-nummer: AN8174 Zaaknr: 38935
De Hoge Raad heeft in een arrest een uitspraak van hof Arnhem bevestigd over de WAZ-premie, die een vennote in een firma moest betalen over haar aandeel in de winst. Het ging om een man-vrouwfirma. De man had een franchiseovereenkomst gesloten. De daaruit voortvloeiende arbeidsverhouding gold als een dienstbetrekking, zodat daarover ondermeer WAO-premies verschuldigd waren. De inkomsten uit de franchiseovereenkomst vormden de opbrengsten van de VOF. Deze werden verdeeld over de beide firmanten. De man hoefde geen WAZ-premie te betalen vanwege zijn WAO-verzekering. De echtgenote was niet WAO-verzekerd en moest over haar winstaandeel wel WAZ-premie betalen.