Wel zelfstandigenaftrek voor echtgenote in man-vrouwfirma

14 mei 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJN: AU6852, BK-04/02934

Onlangs oordeelde Hof Leeuwarden dat een firmante van een installatiebedrijf voldeed aan het urencriterium en dus recht had op ondernemersfaciliteiten ondanks het ontbreken van de benodigde vakdiploma’s. Hof Den Haag oordeelde in een min of meer vergelijkbare casus bij een man-vrouwfirma die een installatiebedrijf dreef anders omdat de vrouw voor meer dan 70 % ondersteunende werkzaamheden verrichte en niet over de diploma’s of de vakbekwaamheid beschikte om installatiewerkzaamheden uit te voeren. Datzelfde Hof was van oordeel dat in geval van een door een man-vrouwfirma gedreven bedrijfsmakelaardij de vrouw, ondanks het ontbreken van vakdiploma’s wel aan het urencriterium voldeed. De door haar verrichte werkzaamheden vormden voor meer dan 30 % hoofdwerkzaamheden van de bedrijfsmakelaardij. Zij verrichtte zelfstandig een groot deel van de werkzaamheden bij de bemiddeling bij aan- en verkoop van bedrijven. Ten overvloede stelde het Hof vast dat het samenwerkingsverband binnen de (bedrijfs)makelaardij niet ongebruikelijk was.