Zelfstandigenaftrek voor echtgenote

6 maart 2007 | Hof Den Haag | jurisprudentie | LJNBB1790, BK-06/00074

Wanneer verbonden personen zoals echtgenoten een ongebruikelijk samenwerkingsverband aangaan, kan dat gevolgen hebben voor het recht op zelfstandigenaftrek. Als de werkzaamheden voor het ongebruikelijke samenwerkingsverband hoofdzakelijk van ondersteunende aard zijn is er geen recht op zelfstandigenaftrek. Een samenwerkingsverband is ongebruikelijk als het zelden voorkomt dat tussen niet-verbonden personen een dergelijk verband wordt aangegaan. Hof Den Haag was in geval van een samenwerkingsverband van twee echtgenoten van oordeel dat de werkzaamheden van de echtgenote niet hoofdzakelijk ondersteunend van aard waren. Het samenwerkingsverband dreef een tandtechnisch laboratorium. Naar het oordeel van het Hof zijn werkzaamheden waarbij de patiënt direct is betrokken en die omzet kunnen genereren niet ondersteunend van aard. Dat geldt ook voor het verstrekken van informatie aan patiënten over tandtechnisch werk, voor zover deze informatieverstrekking niet in algemene vorm plaatsvindt. In totaal was 32% van de door de echtgenote verrichte werkzaamheden niet van ondersteunende aard. De beoordeling of het samenwerkingsverband ongebruikelijk was hoefde daarom niet meer gemaakt te worden.