14 mei 2007 | Hof Amsterdam | jurisprudentie | LJN-nummer: AH8548 Zaaknr: 02/04703 en 02/4704
In een procedure over de aanslagen inkomstenbelasting 1998 en 1999 is in geschil of de activiteiten van een exploitante van onroerende zaken als onderneming kwalificeren of inkomsten uit vermogen opleveren. Vaststaat, dat gedurende een reeks van jaren de exploitante participeerde in VOF’s en CV’s met haar vader en haar zwager, die beiden aannemersbedrijven hadden. Die participaties zijn altijd als onderneming aangemerkt. Naar het oordeel van het Hof is dat terecht. In de activiteiten zijn geen wijzigingen qua omvang of aard opgetreden bij het overlijden van de vader van de exploitante of later bij het overlijden van haar echtgenoot. Daarom ziet het Hof geen aanleiding om de activiteiten nu anders te kwalificeren. Het Hof wijst het beroep van de exploitante af. Zij was van oordeel, dat de aanslagen tot een te hoog bedrag waren opgelegd.